‘Ik heb De Waal horen spreken en mijn hart deed een huppeltje.’
de Volkskrant, 27 juni 2004
Jan Marijnissen weet wel wat de linkse mensen in het land willen. ‘We brengen de PvdA, GroenLinks en de SP bij elkaar en maken een strategische overeenkomst met 25 hoofdpunten en we vormen een schaduwkabinet. Dan kan je eindelijk tegen de kiezers zeggen: er is een alternatief. Kies van deze drie partijen wie je wilt, maar als ze de meerderheid krijgen, gaan we deze 25 punten uitvoeren. Er zal een enorme wervingskracht vanuit gaan. Mensen weten van tevoren op welke coalitie ze gaan stemmen.’
Tekst: Frank Poorthuis en Hans Wansink
Dat klinkt goed, maar waarom is het nog niet gebeurd? De PvdA ligt dwars, beweert de SP-fractie- en partijleider. Tenminste: ‘Ik voer tal van gesprekken met mensen in de PvdA: Kamerleden, burgemeesters, mensen met aanzien in die partij. Die willen dat allemaal. Maar Bos wil dat niet. De top wil de deur naar het CDA en de VVD openhouden. De bestuurderscultuur is heel erg dominant in de Partij van de Arbeid. Ook vanwege de banenmachine gaat men veel liever in zee met de VVD en het CDA, dan dat men risico’s loopt door samenwerking met GroenLinks en de SP.’
De frustratie over goede plannen die niets worden telden een maand geleden nog op bij de somberheid die Marijnissen toch al had bevangen. De leider van de partij van de buitenparlementaire actie, de Socialistische Partij, had met lede ogen aangezien hoe de vakbeweging het het afgelopen najaar op een akkoordje had gegooid met Balkenende en zijn maten. Dat de vakbeweging de bezuinigingen op de collectieve voorzieningen en de nullijn slikte – volgens Marijnissen in de praktijk een minlijn – was volgens de SP een zwaktebod. Terwijl de SP na Prinsjesdag 25 000 man mobiliseerde tegen het bezuinigingsbeleid, bleven de FNV en het CNV afzijdig.
Maar inmiddels heeft Lodewijk de Waal het licht gezien en is het gemoed van Jan Marijnissen ook evenredig lichter geworden. De FNV-voorzitter heeft de onderhandelingstafel verlaten en zich aan het hoofd gesteld van de acties tegen het regeringsbeleid.
Marijnissen: ‘Ik heb De Waal horen spreken en mijn hart deed een huppeltje. Hij heeft letterlijk gezegd dat hij zich aan de kop van de strijd wil stellen. Uitstekend! Mensen gaan actievoeren als ze verontwaardigd zijn, als er leiding wordt gegeven en als er hoop is dat het door strijd beter kan worden. Die drie elementen zijn nu allemaal aanwezig.’
Kunnen ze bij de FNV nog wel actievoeren?
Marijnissen: ‘Nederland is geen land van stakers, je moet het heel bont maken willen Nederlanders echt in de benen komen. De vakbeweging heeft vijftien jaar lang rust gepredikt. Ik zie ook wel dat bij de vakbeweging veel know how op het gebied van actievoeren verloren is gegaan. Dat merk je aan alles. Maar ze leren snel. Het doet mij heel veel deugd dat ze nu weer bezig zijn met vingeroefeningen. In de Rotterdamse haven lopen toch op een maandagmiddag een paar duizend man de poort uit om te protesteren tegen de afbraak van het prepensioen en de WAO. De vakbeweging is zichzelf opnieuw aan het uitvinden. Het is lange tijd het fata morgana van de vakbeweging geweest te denken: als wij maar praten met de regering en VNO-NCW, dan komen we er wel uit. Nu zien ze dat ze polder beter kunnen verlaten. Nu zien ze dat de strijd met het kabinet op straat zal moeten worden gevoerd, op fabrieksterreinen, onder de mensen. Wij doen daar graag aan mee.’
Vanwaar die omslag?
‘De vakbeweging ziet nu dat ze strategisch meer en meer is gemarginaliseerd, doordat ze de macht van het getal niet heeft gemobiliseerd. Ze worden door Schraven van de werkgevers niet meer serieus genomen en door het kabinet al helemaal niet meer. De Geus van Sociale Zaken, die zelf uit de vakbeweging voortkomt, ziet de FNV en het CNV niet staan. Schraven van VNO-NCW was de vijfde colonne van het kabinet in de Stichting van de Arbeid. We moeten niet vergeten dat de werkgevers in het MKB en de landbouwsector akkoord waren met de plannen van de vakbeweging en de linkse partijen over het prepensioen. Schraven verschafte het kabinet het alibi om te zeggen: ze komen er niet uit, dus gaan we onze eigen gang.’
Het kabinet verwijt jullie conservatisme. Jullie willen niet meedenken over noodzakelijke hervormingen.
‘Dat hoor ik al vijfentwintig jaar! Ze slopen maar door, er is niks meer over! Als wij conservatief zijn, dan willen zij terug naar de nachtwakersstaat van de negentiende eeuw. Ze organiseren zelf de werkloosheid door mensen tot hun vijfenzestigste te laten doorwerken, door niks te doen aan die tienduizenden die zonder diploma uit het vmbo donderen, door moeders met kleine kinderen de arbeidsmarkt op te jagen. Als ze zeggen: meneer Marijnissen, u ontkomt niet aan de problemen van de vergrijzing, dan ben ik de eerste om te zeggen: dat is zo. Ik denk ook dat wij langer moeten gaan werken. Maar die boodschap ga je toch niet verkopen aan mensen die op hun vijftiende begonnen zijn, altijd zwaar werk hebben gedaan tegen een laag loon en nu, op hun vijfenvijftigste, denken dat ze eruit kunnen. Misschien moeten we gaan differentiëren: zware beroepen eerder eruit, ambtenaren langer laten doorwerken. In deeltijd doorwerken vanaf je 63ste tot na je 65ste: er is wat mij betreft van alles mogelijk.’
Jan Marijnissen vindt de polarisatie die sinds het optreden van Fortuyn het politiek klimaat kenmerkt, een zegen. ‘In de polder is het debat de nek omgedraaid. Zonder polarisatie krijg je een cultuur van wegkijken. Als er geen discussie is, gaat de factor kapitaal, die nu het binnen het kapitalisme nu eenmaal voor het zeggen heeft, zijn gang.’ Marijnissen geeft een voorbeeld: wat betekent beroepseer nog in Nederland? ‘Als jij een accountant inschakelt, weet je dan zeker dat hij alles objectief, naar eer en geweten doet en heeft gedaan? Of de notaris? Als je ziet hoe ze de zaak hebben geflest ten behoeve van de grote onroerend- goedjongens. Dan moet je constateren dat het zelfreinigend vermogen binnen die clubs is verdwenen.’
Het debat dat Marijnissen dit voorjaar aanzwengelde over Nederland-Fraudeland stemt hem tevreden. ‘In die discussie heeft het kabinet toezeggingen gedaan waarmee ik goed kan leven.’ Voor het beleid van het kabinet heeft hij geen goed woord over. ‘Ik vind het asociaal, buitengewoon slecht voor de economie en slecht voor de moraliteit. Je kunt niet over normen en waarden praten en tegelijkertijd honderdduizenden uit de WAO de bijstand instoppen. Dit kabinet heeft geen enkel verhaal hoe we Nederland gaan opbouwen. Het is allemaal: terugtredende overheid, laat de chaos maar toenemen en dan zien we wel waar de marktwerking ons brengt. Wat brengen wij in Nederland nou gezamenlijk tot stand?’
Wat brengt de oppositie eigenlijk gezamenlijk tot stand?
‘Het probleem van de Partij van de Arbeid is dat heel veel van wat de afgelopen jaren verslechterd is, met hun medewerking tot stand is gekomen. De PvdA heeft geen duidelijk standpunt over die no claim, die verkapte eigen bijdrage in de gezondheidszorg – waar wij actie tegen voeren. De sociaal-democraten zitten heel erg in de mainstream van de drie coalitiepartijen. Ze doen nu even niet mee, maar het kan zo weer gebeuren. Ik verwijt Bos dat hij de achterdeur naar de SP en GroenLinks op een kiertje zet, terwijl de voordeur wagenwijd openstaat voor hernieuwde samenwerking met de VVD of het CDA.’
Bos zegt: de middenklasse betaalt de rekening van de verzorgingsstaat. Die moet je erbij houden.
Marijnissen: ‘Hij maakt en denkfout als hij zegt: de progressieve beweging moet vooral de middenklasse niet voor het hoofd stoten. Dat is ééndimensionaal. Er zitten heel veel goedverdienende mensen in de SP, zelfs een paar grootverdieners. Het gekke is dat Bos niet ziet dat progressiviteit niet meer te herleiden is tot de dikte van de portemonnee. De essentie van links is het geloof in de maakbaarheid van de samenleving. De ambities van links zijn: hou de georganiseerde solidariteit overeind, zorg dat elk individu van ultieme waarde is en blijft, zorg voor het milieu en het dierenwelzijn. Dat zijn noties die door progressieve mensen worden gedeeld, of ze veel of weinig verdienen.’
Bos wil een tweepartijenstelsel.
‘Dat is een stap die ik niet zal zetten. We hebben met de PvdA in het verleden te veel meegemaakt. Onder Melkert mocht de PvdA niet met onze moties meestemmen. Bos wil ons weg hebben, daar komt het op neer. Een districtenstelsel zou de democratie geen goed doen. Want de helft van de kiezers is niet vertegenwoordigd. Ik sta wat dat betreft diametraal tegenover Bos. Ik vind dat de sjeu in de politiek, het agenderen van punten, meer van de ChristenUnie komt dan van het CDA, en meer van de SP dan van de Partij van de Arbeid. Linkse mensen als Tony Benn en Ken Livingstone zitten alleen maar bij Labour omdat er geen andere manier voor hen is om in hun district een zetel te verwerven. Maar Labour is voor hen één grote frustratie! Nederland is zo’n klein landje, we zijn gewoon één district.’
GroenLinks?
‘Wat spankracht betreft, wat ledental betreft en nu ook wat kiezers betreft heeft de SP GroenLinks overvleugeld. Wij zijn een volkspartij, GroenLinks is een elitaire partij. Een partij die probeert hoger opgeleiden aan zich te binden. Het zijn mensen die het links-liberalisme van Halsema goed kunnen volgen. Vrijheid-blijheid. We hebben allemaal een dik salaris, dus dat komt allemaal wel goed. Sociaal-liberaal? Dat is een contradictio in terminis. We leven in een kapitalistische maatschappij. Dat betekent dat we de overheid nodig hebben om alle mensen een eerlijke kans te geven. Als het gaat om individu en gemeenschap, staat de SP veel dichter bij het CDA dan bij de PvdA. Ik geloof in verenigingen, in mensen die zich organiseren, mensen die samenwerken, die naar elkaar omzien.’
Sociale controle?
‘Inderdaad. We kunnen niet op elke straathoek een agent neerzetten, we moeten elkaar corrigeren. Wat dat betreft zitten we ook veel dichter bij het CDA dan bij de PvdA en de GroenLinks-lijn van vrijheid-blijheid en we doen het zelf wel. Als het gaat om de relatie tussen individu en overheid staan we weer dichter bij de PvdA dan het CDA. De overheid mag namens ons besluiten nemen om daarmee de vooruitgang te dienen. De overheid moet kunnen zeggen: dit product komt niet op de markt, want het geeft veel te veel schade aan het milieu.’
Komt de nieuwe SP-aanhang ook van het CDA?
‘Al heel lang! In Oss hadden de katholieken indertijd de absolute meerderheid. CNV-mensen komen naar ons toe, mensen van VluchtelingenWerk. Ik was laatst bij de EO-jongerendag. Je weet niet wat je meemaakt! Tweeëndertigduizend van die kids in het Gelredome. Keiharde rockmuziek! Ze stemmen allemaal ChristenUnie, maar ze hebben toch heel veel waardering voor de SP.’
Mag de ChristenUnie ook meedoen in uw schaduwkabinet?
‘Absoluut. Ik kan het ontzettend goed met André Rouvoet vinden. Die jongen is goed bezig. Er zijn verschillen, maar we zijn het vaak inhoudelijk eens.’
Wat wordt de positie van Jan Marijnissen in het schaduwkabinet?
‘Minister-president, natuurlijk. Ik denk dat ik GroenLinks en de Partij van de Arbeid redelijk goed bij elkaar kan houden.’
Reacties uitgeschakeld