Als er één partij is die zich actief inzet voor natuur en milieu, zijn wij het.
Grasduinen, januari 2003
‘Van de Waddenzee moet je met je poten afblijven’ en van natuur heeft hij ‘meer dan gemiddeld verstand’. Jan Marijnissen, boegbeeld van de SP, spreekt heldere taal als het over natuur en milieu gaat. ‘Dat kleine beetje verbondenheid die we nog hebben met de natuur, moeten we intact laten.’
Tekst: Daniël Mulder
Jan Marijnissen, voorman van de in opiniepeilingen sterk florerende Socialistische Partij (SP), wijst bij aanvang van het interview op een artikel in de Volkskrant (20 november 2002, red.). ‘Heeft u het vanochtend gelezen? De SP in Doesburg heeft natuurgebied De Lage Linie beschermd tegen de komst van een woonwijk’, vertelt hij lachend. Hij wil er maar mee zeggen dat de SP zich werkelijk actief inzet voor natuurbehoud.
Toch lijkt in aanloop naar de verkiezingen GroenLinks zich als dé natuur- en milieupartij te profileren. De SP hoor je er minder over. Houdt de SP zich minder met natuur bezig dan GroenLinks of is het verkiezingstaal van Femke Halsema?
‘Dat laatste. Femke Halsema noemt het thema milieu alleen als de media aan haar vragen hoe ze zich denkt te kunnen profileren ten opzichte van de SP. Maar spontaan hoor je haar er weinig over zeggen. Natuur en milieu zijn in Nederland, in vergelijking met tien jaar geleden, uit de mode. Het wordt lager ingeschaald dan problemen zoals veiligheid en integratie. Niet door de SP overigens. Wie ons verkiezingsprogramma leest, merkt dat natuur en milieu een zeer prominente plek hebben.’
Is de verminderde belangstelling voor natuur en milieu voor de SP geen reden, met de verkiezingen in zicht, er minder aandacht aan te besteden?
‘Integendeel. Als u de website van de SP heeft gelezen, zou u deze vraag niet stellen. Als er één partij is die zich actief inzet voor natuur en milieu, zijn wij het. Wij vinden het een heel belangrijk onderwerp. Anders hadden we de uitnodiging voor dit interview met Grasduinen niet aanvaard.’
Maar wat vindt u, als u diep in uw hart kijkt, belangrijker: sociale problemen of natuurproblemen?
‘Dit soort dilemma’s krijg je ook voorgelegd bij Barend & Van Dorp. Ik kan en ik wil niet kiezen tussen mens of natuur. Ja, ik reageer daar heftig op want ik vind het geen vergelijking. Het is net als met muziek of lezen. Als een van beide mij wordt ontnomen, staat dat gelijk aan mij het leven ontnemen. Dat geldt ook voor de keuze tussen mens en natuur. Beide onderwerpen raken mij diep.’
In het SP-actieprogramma 2003-2007 staat: ‘Geluidsoverlast aanpakken. Geen infrastructuur door natuurgebieden. Mobiliteit beperken.’ Moeten Nederlanders geld gaan inleveren voor meer natuur en een schoner milieu?
‘Dat is onvermijdelijk. Als je twee producten hebt waarvan de één schoner is geproduceerd dan de ander, betaal je voor het schone product meer. Hetzelfde geldt voor de bestrijding van lintbebouwing langs snelwegen. Dat is niet te bestrijden zonder daar geld voor uit te trekken.
Sommige onplezierige zaken, zoals het niet aanleggen van een autoweg, moet je gewoon doorvoeren om de natuur te beschermen. Het is de taak van een oppositiepartij om voor al die onderwerpen die uit de publieke opinie dreigen te verdwijnen, steeds weer aandacht te vragen. Daarom pakken wij de chloortreinen aan, zijn we tegen boren in de Biesbosch en brengen we een rouwkrans naar de Waddenzee.’
In uw boek ‘Schrale rijkdom’ staat dat een economische aanslag op bijvoorbeeld de Waddenzee niet wordt getolereerd. Is dat standpunt te handhaven als de SP daadwerkelijk gaat regeren?
‘Absoluut. De Waddenzee is in onze ogen een nationale wildernis waar je met je poten vanaf moet blijven. Als politieke partij moet je een aantal speerpunten formuleren die je cruciaal vindt. Tegen de kokkelvisserij en het winnen van gas op het wad hebben we ons jaren verzet. Als die punten niet worden gerealiseerd, gaat de SP niet in het kabinet zitten.’
Kokkelvisserij weg, niet meer boren naar gas. Dat gaat banen kosten. Twijfelt u op zo’n moment wel eens om van de Waddenzee een ‘afgesloten’ natuurgebied te maken?
‘Wij twijfelen heel vaak, maar als we het algemeen belang afwegen tegen een deelbelang van een kleine groep individuen, dan kiezen we voor de Waddenzee. Als partij moet je je natuurlijk niet hardvochtig opstellen, en interesse tonen voor de belangen van bijvoorbeeld kokkelvissers. Dus zul je de schade moeten vergoeden. Je moet er wel begrip voor opbrengen dat mensen hun baan verliezen.’
We praten de hele tijd over natuur, wat verstaat u eigenlijk onder natuur?
‘Echte natuur, in de vorm van oernatuur, heeft Nederland niet meer. Wat wij hebben is “cultuurnatuur”. Ik houd er wel van. Een landschap is mooi als je ziet dat natuur en cultuur elkaar raken. De hand van de mens moet nog zichtbaar zijn. Ik liep ooit eens met een gedeputeerde van milieuzaken door de Groote Peel in Brabant. Een echt cultuurlandschap. Ik vroeg hem: “Waarom behouden wij dit eigenlijk?” Toen sprak hij de wijze woorden: “Jan, de Peel is net zo belangrijk als de Nachtwacht.” Zo is het. Je kunt het schilderij eenmalig opstoken om je eraan te warmen, maar je kunt het ook bewaren omdat het mooi is.’
Lijstrekker zijn van de SP is een drukke baan. Komt u nog wel eens buiten?
‘Toch nog regelmatig. Ik ben zeer gehecht aan het landschap aan de zuidkant van de Maas bij Oss. Het is er afwisselend. Uiterwaarden, weiland met bosschages en kleine stadjes langs de rivier. Dat landschap zou ik voor geen goud willen missen. Ik word daar steeds weer als door een magneet naar toegetrokken. Ik denk dat ik het zo mooi vind omdat ik mij thuis voel in dit landschap.’
Bent u een natuurkenner?
‘Ik ben niet “groen” opgevoed. Maar ik durf te stellen dat ik meer dan gemiddeld verstand heb van natuur. Vooral van planten weet ik aardig wat. Iedere lente oefen ik daarom trouw de namen van planten die opkomen.’
En trekt u er tijdens deze ‘oefenexcursies’ alleen op uit?
‘Meestal met mijn dochter. En dan vertel ik aan haar wat ik zie. Ze zegt wel eens: “Schei toch uit met die onzin, ik kan dat toch niet allemaal onthouden.” Uiteindelijk doe ik het dus voor mijzelf. Eerlijk gezegd trek ik ook graag alleen de natuur in. Ik vind het prettig om niemand tegen te komen. Als er te veel mensen in de natuur zijn, loop ik gillend naar huis.’
U houdt van mensen maar ook van stilte?
‘Daarin ben ik een beetje dubbel. Toen ik voor het eerst werd geconfronteerd met het fenomeen stiltegebied kon ik een lach niet onderdrukken. We zijn al zo ver heen dat we stilte inmiddels moeten beschermen als een bedreigde diersoort. Ik vind het echt erg dat er geen natuur meer is te vinden waar het simpelweg stil is. Altijd hoor je lawaai, altijd is er horizonvervuiling en altijd brandt er ’s nachts ergens een lamp.
Datzelfde dubbele gevoel heb ik ook bij de Ecologische Hoofdstructuur. We moeten natuur, waarvan we zo ontzettend zijn vervreemd, aanleggen om te behouden. Bruggen, sluisjes en trappen zijn nodig om dieren nog enigszins een kans te geven zich voort te planten. Dat zegt iets over hoe wij als moderne mensen leven. Maar we moeten niet vergeten dat de mens de natuur heeft versnipperd. Dat laatste is belangrijk, want dat is reflectie. Dan zeg je: zo kunnen wij niet doorgaan. Het kleine beetje verbondenheid, dat we nog met de natuur hebben, moeten we intact laten.’
Maar hoe bescherm je de laatste snippers groen?
‘De overheid moet op het gebied van de ruimtelijke ordening weer macht krijgen. Ruimtelijke ordening moet je niet aan gemeenten overlaten. Die verdienen namelijk veel geld aan de verkoop van bouwgrond. Bedrijven en huizen verspreiden zich zo op een heel morsige manier over land. Goed voorbeeld is het stuk van de A2 na de brug bij Zaltbommel. Aan beide kanten is het volgegooid met gebouwen. Het is de Kalverstraat van Brabant. Deze vorm van “witte schimmel” in het landschap moet onmiddellijk worden verboden.’
Reacties uitgeschakeld