Terwijl de Verenigde Staten zich opmaakten voor militaire acties in Zuidwest-Azië en de wereld de adem inhield, stond het nieuws in ons land minimaal vier dagen in het teken van heel iets anders. Hier ging het even niet over Bush, Blair en Bin Laden, maar over Van Rij, De Hoop Scheffer en Van Geel.
Velen hebben zich verbaasd hoe in een partij als het CDA tegenstellingen zó hoog kunnen oplopen dat ze op een dergelijk onsmakelijke wijze in de openbaarheid komen en vervolgens ook in de openbaarheid worden uitgevochten. Maar werd in de jaren tachtig de VVD niet gekenmerkt door een soortgelijke interne stammenstrijd? Hoeveel voorzitters van de PvdA hebben niet het veld moeten ruimen omdat ze als Kop van Jut werden gebruikt? En hebben we ook binnen het CDA al niet eens eerder gezien persoonlijke tegenstellingen belangrijker worden dan het politieke doel en het belang van de partij? Wie herinnert zich niet de clash tussen Lubbers en Brinkman in de aanloop naar de verkiezingen van 1994?
Ik heb het idee dat hier twee zaken samen-komen, waardoor je er je klok op gelijk kunt zetten dat dit in de toekomst nog vaker zal gebeuren. Ten eerste heb je het gegeven dat het belang van de partij en de idealen waarvoor die zou moeten staan, in de persoonlijke afwegingen van politici steeds onbelangrijker worden. Individuele ambities winnen het. Daarover wordt ook niet meer geheimzinnig gedaan. Als het zo uitkomt is men niet te beroerd ook de media in te schakelen om de eigen positionering binnen de partij te verbeteren. Een politieke partij waar niet de idealen en de politieke eisen centraal staan, wordt als vanzelf een slangenkuil. Een politieke partij krijgt de politici en de bestuurders die ze verdient.
Maar er is nog wat. Naast de mogelijkheid van persoonlijke tegenstellingen (dat kan overal gebeuren), viel mij bij het CDA op dat het partijbestuur en de Kamerfractie twee totaal verschillende werelden zijn. De partij(organisatie) heeft vier jaar lang niets te zeggen over het doen en laten van de politiek leider (de fractievoorzitter) en de Kamerfractie als geheel. Pas als de verkiezingen in aantocht zijn, komt de partij weer in beeld. Zij beslist (op voorstel van het partijbestuur) over de lijst en het verkiezingsprogramma. Allerlei frustraties die in de jaren daarvoor moesten worden onderdrukt komen dan plotseling aan de vooravond van de verkiezingen aan de oppervlakte en vertroebelen de discussie over de lijst en het programma. Om die reden heeft het congres van de SP besloten dat de fractie te allen tijde verantwoording verschuldigd is aan de partij en dat de partij de strategische koers en de hoofdlijnen van de inhoud bepaalt. Intern besteden wij veel tijd aan het informeren van de partij door de fractie en andersom. Alle acties die we ondernemen, ondernemen we sámen. Zo wordt er elke dag opnieuw gewerkt aan een eenheid gebaseerd op wederzijdse overtuiging.
Daardoor hebben we nu een kandidatenlijst, een programma en activiteiten waarop we allemaal trots kunnen zijn.
Deze column verscheen oktober 2001 in de Tribune
Reacties uitgeschakeld