Niet de megafoon van de straat

vrijdag 01 januari 1999 :: 12.12 uur

Twee kwesties hebben de afgelopen weken nogal wat reacties opgeroepen, binnen en buiten de partij. Een enkeling heeft zelfs het SP-lidmaatschap opgezegd.
Ten eerste was er ons standpunt over de Amerikaans/Engelse bombardementen op Irak. Het gaat hier om de internationale rechtsorde. Kunnen de VS en Engeland zo maar – zonder de uitdrukkelijke toestemming van de Veiligheidsraad – overgaan tot het bombarderen van een land, nog even los van de vraag of dit militaire vluggertje iets oplost? De SP is van mening dat toestemmen in deze eenzijdige actie buitengewoon gevaarlijk is. Het leidt onvermijdelijk tot grote verdeeldheid in de Veiligheidsraad en het vormt bovendien een precedent voor de toekomst.

Dan was er Vught. In de affaire rond “De Steffenberg” gaat het niet over het asielvraagstuk (net zo min als de discussie rond Irak gaat over de vraag of Saddam Hoessein deugt of niet). Het gaat erover of rijke mensen door het inzetten van hun geld de democratische besluitvorming mogen frustreren. Of ze het oplossen van grote maatschappelijke vraagstukken op deze manier kunnen overlaten aan mensen met minder geld. Ook hier gaat het dus om een buitengewoon wezenlijke vraag.

De SP is wel eens verweten een opportunistische partij te zijn, die mensen naar de mond praat, geen standpunten durft in te nemen en discussies uit de weg gaat. Dat wás niet zo, dat ís niet zo en dat zal hopelijk ook nooit zo zijn. Wij zijn niet de megafoon van de straat, welke straat dan ook. Wij doen onderzoek, wij praten met mensen, wij bestuderen zaken en gaan dan op een verantwoorde en doordachte wijze aan de slag. Dat moeten we zo houden.

Deze column verscheen januari 1999 in de Tribune

Opties voor delen:
  • NuJIJ
  • eKudos
  • del.icio.us
  • Digg
  • Google Bookmarks
  • email

Reacties uitgeschakeld