Tussen Groningen en Den Haag

zondag 01 februari 1998 :: 11.54 uur

Remi kon helaas niet op tijd bij de stemmingen aanwezig zijn. Daarom ging er, toen onze motie van wantrouwen tegen Sorgdrager in stemming kwam, maar één hand omhoog. De rest van de Kamer vond dat de minister van Justitie nog voldoende krediet had om door te kunnen gaan. Onbegrijpelijk. Iedereen heeft op de TV de kolderieke taferelen kunnen zien na afloop van de bijeenkomst van de minister met de procureurs-generaal. PG Steenhuis had haar gedreigd met een kort geding. Hij eiste meer “leestijd” voor het bestuderen van het rapport over zijn bijbaan en hij wilde dat de minister haar brief aan de Kamer zou aanpassen. Men sprak van een “muiterij van de PG’s”.

“Natuurlijk gaat het in dit debat niet alleen over de feiten. Ook de coalitiebelangen en het gegeven dat er over drie maanden verkiezingen zijn speelt natuurlijk mee,” zei VVD-woordvoerder Korthals in de pauze van het debat over Sorgdrager. En zo is het maar net.

Vaak heb ik deze minister geprezen voor haar opvattingen en haar moed om die ook eerlijk uit te spreken. Maar iets anders is het antwoord op de vraag: “Kan ze geloofwaardig verder?” Haar loopbaan bij het ministerie wordt gekenmerkt door een reeks van incidenten en affaires. De gouden handdruk voor Van Randwijck, Securitel, vele lekken uit het ministerie, de brief van Docters van Leeuwen aan de Kamer, de zaak-Lancé.

Je kan van burgemeester Ouwerkerk van Groningen veel zeggen, maar één ding niet: namelijk dat hij – net als zoveel anderen – zit vastgeplakt aan zijn zetel. Hoewel de meerderheid van de raad vertrouwen in hem uitsprak, hield hij wél de eer aan zichzelf en vertrok. Een voorbeeld dat navolging verdient.

Deze column verscheen februari 1998 in de Tribune

Opties voor delen:
  • NuJIJ
  • eKudos
  • del.icio.us
  • Digg
  • Google Bookmarks
  • email

Reacties uitgeschakeld