De koers van de Amsterdamse beurs is de laatste dertien jaar vertienvoudigd. Wie in 1983 voor tienduizend gulden aandelen Wolters/Kluwer heeft gekocht, heeft nu een vermogen van 1,1 miljoen. Letterlijk één telefoontje was genoeg geweest. Het Damrak als de bio-industrie van het geld. De oppervlakkige kijker zal denken: Inderdaad, geld kan jongen, en nog snel ook!
Een poosje geleden kende ons land een rage, de rage van piramidespelen. Velen zijn daardoor financieel geruïneerd. Deze mensen dachten ook dat geld oneindig kon jongen en dat je met niks doen rijk kon worden. Ze zijn door schade en schande hopelijk wijs geworden.
Remi Poppe heeft op zijn kamer in de Kamer een tegeltje hangen met als opschrift: ARBEID IS DE BRON VAN ALLE RIJKDOM. En zo is het maar net. Alle handel in geld, aandelen en obligaties is voor een deel speculatie, windhandel zo u wil. En voor het andere deel is het gewoon gelegaliseerde diefstal. De werkende bevolking zorgt voor de rijkdom, maar is er geen eigenaar van. Hoe lager de lonen en hoe groter de uitbuiting, hoe groter het verschil tussen kosten en opbrengst. De kapitaalverschaffers, de knakenpoetsers van Beursplein 5 zijn er goed mee. Voor de arbeiders van dit land geldt al vijftien jaar loonmatiging terwijl de winsten omhoog schieten. De overheid bezuinigt op de gezondheidszorg, het onderwijs en de volkshuisvesting waardoor de rente laag kan blijven, wat weer goed is voor de bedrijven. Binnen het kapitalisme zijn de lusten en de lasten erg overzichtelijk en vooral ook zeer oneerlijk verdeeld. Ter illustratie: In het afgelopen jaar hebben drie miljoen arbeiders met keihard werken evenveel verdiend als één miljoen speculanten met nietsdoen! Geld jongt niet, geld moet verdiend worden. Een oud-collega van mij zei altijd: “We verdienen genoeg, we krijgen het alleen niet.”
Deze column verscheen augustus 1997 in de Tribune
Reacties uitgeschakeld