Dood door schuld

donderdag 01 mei 1997 :: 11.46 uur

Honderden mensen die gewerkt hebben in het voormalige NAVO-commandocentrum de Cannerberg in Zuid-Limburg zijn zich rot geschrokken. Wat zij al die tijd eigenlijk al wisten, is nu officieel door Defensie toegegeven: ze hebben gewerkt in ruimten met veel te hoge concentraties asbest in de lucht. Deze militairen en ook het burgerpersoneel zitten voor de rest van hun leven met de beklemmende onzekerheid: Wat zal er met mij gebeuren? Ben ik bij de tien procent die asbestkanker krijgt of behoor ik tot de uitverkorenen? Eén collega is al overleden aan de gevolgen van asbestkanker.

Deze week kwam dan de brief van de staatssecretaris waarom ik eerder had gevraagd. Wijselijk kiest hij ervoor op voorhand alle schuld te bekennen. “We hadden beter moeten optreden,” zegt hij. Maar is daarmee de kous af? Wat mij betreft niet.
Er moet een diepgaand onderzoek komen dat minimaal antwoord geeft op de volgende vragen: Waarom is er niet voortvarender opgetreden? Ook niet nadat rapporten uitwezen dat er sprake was van “ontoelaatbare concentraties”? Hoe zijn de afwegingen gemaakt? Wie is verantwoordelijk voor dit wanbeleid?

Asbest is in ons land pas vier jaar geleden verboden. Oud-minister Boersma van Sociale Zaken heeft eens gezegd dat het niet eerder tot een verbod kwam omdat er te grote economische belangen in het geding waren. Weloverwogen heeft men mensen aan dit goedje blootgesteld. Daarbij heeft zeker een rol gespeeld dat de overheid zelf als werkgever ook boter op het hoofd had.
Politici die bij dit schandaal de schouders ophalen of het met de mantel der liefde willen bedekken, zijn geen knip voor de neus waard.

Deze column verscheen mei 1997 in de Tribune

Opties voor delen:
  • NuJIJ
  • eKudos
  • del.icio.us
  • Digg
  • Google Bookmarks
  • email

Reacties uitgeschakeld